De Koran bevestigt de boodschappen die vroeger gekomen zijn
Een centraal thema in de Koran is het feit dat de Islam een voortzetting is van de boodschappen die Christenen en Joden van God ontvangen hebben. Het Evangelie en de Thora. De Islam zou dan de vervolmaking van het Jodendom en het Christendom zijn. Eén van de verzen die dit illustreert is het volgende:
2.136. Zegt: "Wij geloven in Allah en in hetgeen ons is geopenbaard en in hetgeen tot Abraham, Ismaël, Izaäk, Jacob en de stammen werd nedergezonden en in hetgeen aan Mozes en Jezus werd gegeven en in hetgeen aan alle andere profeten werd gegeven door hun Heer. Wij maken geen onderscheid tussen hen en aan Hem onderwerpen wij ons.
De boodschappen van alle voorgaande Profeten -ook Jezus wordt in de Islam als Profeet beschouwd- zouden onverkort geldig zijn. Mohammed hoopte met deze stelling Joden en Christenen gemakkelijk over de streep te halen en hen te overtuigen om moslim te worden.
Toen de geleerde Joden en Christenen Mohammed wezen op wezenlijke verschillen tussen stellingen die hij innam en hun eigen leerstellingen, liet Mohammed Allah zeggen dat zij “de Waarheid”, ...
... ofwel verborgen hadden:
2.146. Degenen aan wie Wij het Boek hebben gegeven erkennen dit, zoals zij hun zonen erkennen, maar voorzeker, sommigen hunner verbergen de Waarheid tegen beter weten in.
... ofwel vervalst hadden:
3.78. En voorzeker, onder hen zijn er, die hun tong verdraaien, terwijl zij het Boek voordragen, opdat gij het van het Boek moogt achten, hoewel het niet van het Boek is. En zij zeggen: "Dit is van Allah," ofschoon het niet van Allah is en zij uiten een leugen tegen Allah, tegen beter weten in.
Een van de grote verschillen tussen de Islam en het Christendom is de Jihad-doctrine die bij de Islam goed uitgewerkt is en bij het Christendom onbestaand is. In de Islam heeft de gelovige de opdracht om te vechten om de Islam te verdedigen of te verspreiden, zelfs als dit voor deze gelovige niet vanzelfsprekend is:
2.216. Vechten is u geboden ofschoon gij er afkerig van zijt; maar het kan zijn, dat gij tegenzin hebt in iets terwijl het goed voor u is en het kan zijn, dat u iets behaagt terwijl het slecht voor u is. Allah weet het en gij weet het niet.
Mohammed was dan ook de laatste 10 jaar van zijn leven in permanente staat van oorlog. Oorlogen die volgens moslims defensief zouden geweest zijn. Wie de biografieën van Mohammed bestudeert, zal zien dat hij zelf de grote aanstoker van die permanente oorlogen was. En dat hij helemaal niet geneigd was tot vrede, tenzij uit tactische overwegingen.
In volgende overlevering/Hadith van Muslim (001.0031) kunnen wij enkel een open oorlogsverklaring zien:
Er is gerapporteerd op gezag van Abu Huraira dat hij gehoord heeft dat de Boodschapper van Allah zei: Ik heb opdracht gekregen om tegen de mensen te vechten, tot zij getuigen dat er geen god is buiten Allah, en in mij geloven, (dat) ik boodschapper ben (van de Heer) en in alles wat ik gebracht heb. En wanneer zij dit doen, garandeer ik bescherming van hun bloed en hun eigendom behalve hetgeen de wet rechtvaardigt, dat ligt bij Allah.
Muslim heeft deze overlevering/Hadith geplaatst onder het hoofdstuk Iman, hetgeen geloof betekent. Vechten was dus volgens Muslim voor Mohammed een punt van geloof. Muslim legde dus een verband tussen Islam en geweld.
Jezus riep zijn volgelingen op om zijn vijand te beminnen. Er zijn van hem geen gewelddaden bekend, behalve het uit de Tempel verdrijven van kooplui. Wanneer Jezus zich bedreigd voelde, verliet hij het gebied waar hij zich bevond. Hij verzamelde geen troepenmacht maar ontweek integendeel elke vorm van geweld.
Dit bewijst dat de boodschap die Mohammed bracht als Profeet van de Islam en de boodschap van de “Profeet” Jezus op dit wezenlijke punt gewoon tegenovergesteld zijn.
Voor een Christen is het dan ook uitgesloten om in de Islam een vervolg te zien van het Evangelie. De verwerping van de Islam door de Christenen van vandaag is een afspiegeling van het afwijzen van de boodschap van Mohammed 1400 jaar geleden.
Omgekeerd leggen moslims er nog altijd de nadruk op dat de Islam de voortzetting is van het Christendom en het Jodendom. Zij worden hierin echter niet ondersteund door feiten. Het is gewoon dezelfde wanhopige schreeuw om erkenning van Mohammed 1400 jaar geleden.